Onze eerste kennismaking met Bonaire
We zijn gisteren vroeg gaan slapen. Om half tien zijn we naar bed gegaan. In
beide slaapkamers staan twee grote bedden. Laura installeert zich heerlijk in
het midden van het bed, maar ook wij kunnen elkaar niet vinden ‘s nachts.
Regelmatig worden we wel wakker. Het blijft toch altijd lastig de eerste paar
nachten met het tijdsverschil van zes uur. Om half zeven zijn we allemaal klaar
wakker. We kunnen nog niet ontbijten, want gisteren waren de winkels al dicht.
En in de omgeving van ons appartement zitten geen winkels. We vinden wel in ons
appartement nog een paar theezakjes. Op het balkon drinken we een kopje thee. Prachtig gekleurde vogeltjes kwetteren er op los. Langzaam ontwaakt Bonaire. De eerste pick-up trucks rijden op de
verharde zandweg langs ons appartement.
We wandelen naar de westkust van Bonaire. Er staat al een behoorlijke wind. De snorkel- en duiklocaties worden aangegeven door een geel geverfde kei langs de kant van de weg. Bij duikpunt Bari Reef lopen we het rotsstrand op. Kleine leguanen maken zich snel uit de voeten, rode krabben verstoppen zich onder de rotsen, een
hermietkreeft wandelt voor ons uit op het strand, op de rustige zee dobbert een pelikaan. Opeens vliegt de pelikaan omhoog en met een loodrechte duikvlucht grijpt de pelikaan een visje uit de zee. Klein
Bonaire ligt vlak voor ons. De eerste watertaxi naar Klein Bonaire vertrekt al vanaf
Eden Beach. We besluiten om daar vanmiddag voor het eerst te gaan snorkelen en lopen terug naar ons appartement.
Om half tien worden we door Scooters Bonaire opgehaald van ons vakantieadres. Het aantal auto’s op Bonaire neemt de laatste jaren zienderogen toe. In en rondom Kralendijk wordt het steeds drukker. Het fietsen op Bonaire wordt daarom steeds meer gestimuleerd. Binnen Kralendijk rijden auto’s en fietsen samen op de weg. In 2013 is begonnen met het aanleggen van fietspaden op het eiland. Verder zijn er veel niet-geasfalteerde wegen. Op Bonaire gebruiken we – vanwege de korte afstanden - geen auto. We hebben mountainbikes gehuurd zodat we ook over de zandwegen kunnen fietsen.
We stellen de zadels van de mountainbikes
op de juiste hoogte en fietsen gelijk even langs de supermarkt. Bonaire is niet groot maar met alle eenrichtingswegen is het toch wel even zoeken naar Kaya Industria waar verschillende supermarkten bij elkaar zitten. Onderweg zien we
de eerste wilde ezels die naast de rotonde de laatste groene blaadjes aan de
struiken zoeken. We stappen binnen bij supermarkt Van den Tweel. Het hele interieur
en assortiment ademt Albert Heijn uit. De supermarkt is iedere dag van 08.00 tot
20.00 uur open.
De meeste voedingsmiddelen worden geïmporteerd. De prijzen liggen daarom heel hoog. Een voorbeeld: een halve liter magere yoghurt kost 3 euro 40. Af en toe zijn bepaalde artikelen tijdelijk niet voorradig, dan is de boot niet gekomen. Met twee boodschappentassen en een rugzak vol fietsen we terug naar het appartement. De passaatwind komt hier meestal uit het oosten. Op de terugweg van de boodschappen hebben we dan de wind (deels) in de rug. Wel zo gemakkelijk met de tassen aan het stuur omdat de mountainbikes geen bagagedrager hebben.
Om kwart over elf zijn we weer terug. Op
het balkon ontbijten we met yoghurt met banaan en cruesli. Na het
ontbijt pakken we onze snorkelsets en proberen de vinnen eerst uit in het appartement.
Als waggelende pinguins lopen we door het appartement. De snorkelset zit in een
handige zak die we op onze rug kunnen dragen. We lopen weer naar Eden Beach. Voor ons
appartement rennen twee grote leguanen snel weg. We zijn te laat om een foto te
maken. Om de hoek van het appartement kunnen we wel een paar wilde geiten op de
foto zetten. Voorbijrijdende auto’s toeteren naar de geiten waardoor ze weer van
de weg afgaan.
Als je op Bonaire wilt snorkelen moet je een toegangspenning van STINAPA kopen. De penningen zijn bij alle duikshops en duikscholen te koop. Bij de duikshop op Eden Beach kopen we een toegangspenning die we aan onze badkleding hangen. Voor snorkelaars kost de penning (Nature fee) 10 dollar.
We installeren ons op de strandstoelen en beginnen te treuzelen. Toch wel spannend zo'n eerste keer, zonder echt te weten hoe het moet. We kijken naar elkaar, sprayen de duikbrillen met biogel in, pakken de vinnen uit de zak, kijken naar de andere strandgangers, gaan nog eens verzitten op de stoelen, kijken naar de steiger met de trap en zien een jongetje met alleen een duikbril en snorkel langs komen. En dat brengt ons op een idee. Met alleen duikbril en snorkel in de hand lopen we naar de steiger. We zetten de duikbril op. Dat valt nog niet mee met lang haar maar we leren snel. Eerst de bril op het gezicht plaatsen, vervolgens ademen we in met onze neus waardoor de bril even op het gezicht blijft hangen zodat we de band over ons hoofd kunnen plaatsen. Voorzichtig dalen we het trapje af dat onderaan behoorlijk glad is door het alg dat op de treden ligt. We stoppen de snorkel in onze mond. Een paar keer hebben we de neiging om te kokhalzen. Rustig blijven we door de mond ademen en dan gaat het beter.
Langzaam dalen we het warme zeewater in en
zwemmen van de trap weg. Vast wel drie tellen doen we ons gezicht in het water. Maar in die paar tellen zien we gelijk overal vissen: kleine en grote vissen, vissen in allerlei kleuren. Wat
bijzonder om op een paar meter van de kust zoveel verschillende vissen te zien.
Af en toe komt er nog water in de duikbril of krijgen we zout zeewater in ons mond. Het lukt ons om steeds langer met het gezicht in het water te blijven en naar de vele vissen te kijken die vooral in de buurt van het rif zwemmen. Later in het appartement zoeken we de vissen op. Op onze eerste snorkeltocht zien we de parelkoffervis, de vierogige koraalvlinder, de symmetrische hersenkoraal, de trompetvis, de papagaaivis, de schaalvis en zeebaarsbeel en nog een heleboel andere vissen.
Met de stroming laten we ons wegdrijven en vervolgens zwemmen we
weer terug. In de loop van de middag wordt de stroming steeds sterker. We gaan
over op de tweede stap, snorkelen met vinnen. Op de trap doen we de vinnen aan en proberen weg te zwemmen. Ook dat vraagt enige oefening, maar met de
vinnen kunnen we al gauw tegen de stroming in zwemmen. Onze eerste
snorkelervaring is geweldig. We hebben nog geen koraal gezien omdat bij dit
duikpunt door een grote storm in 1999 het koraal is los geslagen. Maar we hebben
nog tien dagen te gaan. Er zijn zoveel snorkelpunten op Bonaire.
Om half tien worden we door Scooters Bonaire opgehaald van ons vakantieadres. Het aantal auto’s op Bonaire neemt de laatste jaren zienderogen toe. In en rondom Kralendijk wordt het steeds drukker. Het fietsen op Bonaire wordt daarom steeds meer gestimuleerd. Binnen Kralendijk rijden auto’s en fietsen samen op de weg. In 2013 is begonnen met het aanleggen van fietspaden op het eiland. Verder zijn er veel niet-geasfalteerde wegen. Op Bonaire gebruiken we – vanwege de korte afstanden - geen auto. We hebben mountainbikes gehuurd zodat we ook over de zandwegen kunnen fietsen.
De meeste voedingsmiddelen worden geïmporteerd. De prijzen liggen daarom heel hoog. Een voorbeeld: een halve liter magere yoghurt kost 3 euro 40. Af en toe zijn bepaalde artikelen tijdelijk niet voorradig, dan is de boot niet gekomen. Met twee boodschappentassen en een rugzak vol fietsen we terug naar het appartement. De passaatwind komt hier meestal uit het oosten. Op de terugweg van de boodschappen hebben we dan de wind (deels) in de rug. Wel zo gemakkelijk met de tassen aan het stuur omdat de mountainbikes geen bagagedrager hebben.
Als je op Bonaire wilt snorkelen moet je een toegangspenning van STINAPA kopen. De penningen zijn bij alle duikshops en duikscholen te koop. Bij de duikshop op Eden Beach kopen we een toegangspenning die we aan onze badkleding hangen. Voor snorkelaars kost de penning (Nature fee) 10 dollar.
We installeren ons op de strandstoelen en beginnen te treuzelen. Toch wel spannend zo'n eerste keer, zonder echt te weten hoe het moet. We kijken naar elkaar, sprayen de duikbrillen met biogel in, pakken de vinnen uit de zak, kijken naar de andere strandgangers, gaan nog eens verzitten op de stoelen, kijken naar de steiger met de trap en zien een jongetje met alleen een duikbril en snorkel langs komen. En dat brengt ons op een idee. Met alleen duikbril en snorkel in de hand lopen we naar de steiger. We zetten de duikbril op. Dat valt nog niet mee met lang haar maar we leren snel. Eerst de bril op het gezicht plaatsen, vervolgens ademen we in met onze neus waardoor de bril even op het gezicht blijft hangen zodat we de band over ons hoofd kunnen plaatsen. Voorzichtig dalen we het trapje af dat onderaan behoorlijk glad is door het alg dat op de treden ligt. We stoppen de snorkel in onze mond. Een paar keer hebben we de neiging om te kokhalzen. Rustig blijven we door de mond ademen en dan gaat het beter.
Af en toe komt er nog water in de duikbril of krijgen we zout zeewater in ons mond. Het lukt ons om steeds langer met het gezicht in het water te blijven en naar de vele vissen te kijken die vooral in de buurt van het rif zwemmen. Later in het appartement zoeken we de vissen op. Op onze eerste snorkeltocht zien we de parelkoffervis, de vierogige koraalvlinder, de symmetrische hersenkoraal, de trompetvis, de papagaaivis, de schaalvis en zeebaarsbeel en nog een heleboel andere vissen.
Reacties
Een reactie posten